Selecteer een pagina

‘Wat werkt?’ is een innovatief initiatief om jonge mensen te helpen bij het creëren van nieuw werk. ‘Wat werkt?’ is een essentiële aanvulling op de gangbare praktijk, waarin het vooral gaat om het matchen van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt.

In het kort

Hoog opgeleide jong volwassenen die nu starten op de arbeidsmarkt zijn de toekomstige motor van de economie. Maar wat drijft hun eigenlijk? Hoe maken zij keuzes met betrekking tot het betreden en verlaten van de arbeidsmarkt? Tegen welk beleid en regelgeving lopen zij aan? 

Wat werkt? is een innovatief plan dat toekomstperspectief biedt voor vele duizenden jonge werkzoekenden. Het plan:

  • Helpt een groot aantal jonge werkzoekenden (tot 30 jaar) om werk te maken van het maken van werk, door hun zoektochten te ondersteunen met participatief theater en narratief (zelf-)onderzoek;
  • Geeft beleidsmakers, uitvoerders en beslissers inzicht in de drijfveren en behoeften van deze groep werkzoekenden, door de zoektochten van de jong volwassenen in beeld te brengen;
  • Helpt beleidsmakers en beslissers deze inzichten om te zetten in nieuwe beleidskaders en nieuwe instrumenten die aansluiten bij de behoeften van deze doelgroep.

PLEK en antwoordvooroverheden.nl zijn een crowdsourcing-actie gestart om de eerste fase van Wat werkt? te financieren.

Als u een bijdrage wilt leveren aan het inzichtelijk krijgen van de leefwereld van jong volwassenen en hun visie op werk, of wilt u betrokken worden om actief – samen met jong volwassenen zélf – te ontdekken hoe de arbeidsmarkt een nieuwe impuls gegeven kan worden en deze groep op hun plek terecht kan komen, lees dan verder en steun het ‘Wat werkt?’ project.

Achtergrond

Al tientallen jaren, vele decennia stuurt bestuurlijk en beleidsmatig Nederland op de werkloosheidscijfers die het CBS iedere maand trouw publiceert. Maar wat zeggen die cijfers nu eigenlijk over de mensen die het betreft? En wat weten de bestuurders, beleidsmakers en uitvoerders nu eigenlijk over de zoektocht van jong volwassenen? Uit de vele gesprekken en ontmoetingen van ons projectteam met wethouders, beleidsmakers, uitvoerders, werkgevers en andere belanghebbenden in het afgelopen jaar is één ding helder gebleken: voor veel van hen bleek het lastig om de vinger te leggen op hoe jong volwassenen keuzes maken met betrekking tot het betreden en verlaten van de arbeidsmarkt. Daarnaast bleek dat er sprake is van het stellen van een verkeerde vraag.

Ze weten het niet?

Tijdens de gesprekken van ons projectteam met de diverse belanghebbenden vroegen wij of deze mensen wisten hoe jong volwassenen werk zoeken en welk werk ze zoeken. Het bleef simpelweg stil. Er kwam geen verhaal, en als er een kwam dan vaak niet meer dan “dat weet ik niet” en soms “ja, dat zou ik wel willen weten, maar dat is nog niet onderzocht”. Het is ook logisch dat ze het niet weten want hoe zouden ze het – behalve via persoonlijke ervaring in hun eigen omgeving – ook kunnen weten? Dit gebrek aan inzicht in leefwerelden van anderen is vergelijkbaar met dat van de burgemeester die per jaar tussen 10 en 45 seconden werktijd per burger hebben. Hoe kunnen zij weten wat er onder de bevolking leeft? Het antwoord: dat kunnen burgermeesters niet weten. En dat is ook waar voor het taaie werkloosheidsprobleem. Beleidsmakers en bestuurders kunnen het niet weten en daarom vallen ze terug op cijfers voor houvast. Maar ja, houvast waaraan?

De verkeerde vraag?

We hebben ook gesproken met mensen die werk zoeken. Daarbij hebben we ons vooral gericht op jong volwassenen die nog weinig of geen werkervaring, of slechts kort een reguliere baan hebben gehad, en op de mensen die wel werk hebben maar het gevoel hebben dat ze niet op de juiste plek zitten. En wat blijkt? Ze zoeken geen werk of ander werk. Niet dat ze achterover hangen, maar velen hebben het niet over het vinden van een baan, maar over het zoeken naar een manier om voldoende inkomsten te genereren uit werkzaamheden die voor hen (en de samenleving) betekenisvol zijn. Met die wetenschap wordt het werkloosheidsprobleem plots een heel andere uitdaging. Geen vindproces om mensen met bestaande banen te matchen, maar een zoekproces van bestaande mensen naar nieuw werk, werk dat nog niet bestaat, werk dat nog gemaakt moet worden.

Da’s allemaal niet zo fraai! Toch?

Enerzijds inderdaad. Iedereen heeft een eigen perspectief op jong volwassenen en de arbeidsmarkt. Zowel jong volwassenen als beleidsmakers en uitvoerders hebben een eigen perspectief. Vanuit dit perspectief gaat ieder op een eigen manier met de situatie om. Dit uit zich onder andere in de bekende “one-size-fits-all” aanpak vanuit de overheid. De jong volwassenen die werken merken op dat het aanbod en de regels die er gelden niet aansluiten bij de eigen leefwereld. Bijvoorbeeld de keuze tussen betaald rotwerk of werk dat goed is voor je ervaring, maar waarvan je je huur nét (niet) kan betalen. Zolang dat niet matcht met de zoektocht van jong volwassenen is er stilstand.

Anderzijds is ons echter ook gebleken dat zowel bij de beleidsmakers en bestuurders als ook bij de jong volwassenen een grote diversiteit aan beelden en perspectieven bestaat. Dat is gunstig want in de uitwisseling van deze perspectieven schuilt de kennis, ervaring en motivatie om nieuwe combinaties te vinden.

OK, en nu?

In de onderstaande video komen een aantal jong volwassenen aan het woord, ieder met hun verhaal.

Onze stelling is dat er honderdduizenden van dit soort verhalen zijn. Jonge mensen, vaak met een goede opleiding, die zoeken, die kansen zien, die willen aanpakken, maar niet kunnen omdat het geen “werk” is.

Het probleem is in onze visie dat het oude systeem en de nieuwe behoeften van onze maatschappij botsen. Het is niet nodig om daar een schuldige voor aan te wijzen, het is wel nodig om die realiteit onder ogen te zien en aan de slag te gaan.

PLEK en antwoordvooroverheden.nl hebben een plan dat nieuw perspectief biedt in de droevige realiteit van honderduizenden jonge “geen-werk-vindenden”, een plan dat de kracht van jong volwassenen samenbrengt met de daadkracht van beleidsmakers, uitvoerders en beslissers. Het plan:

  • helpt een groot aantal jonge werkzoekenden (tot 30 jaar) om werk te maken van het maken van werk, door hun zoektochten te ondersteunen met participatief theater en narratief (zelf-)onderzoek;
  • geeft beleidsmakers, uitvoerders en beslissers inzicht in de drijfveren en behoeften van deze groep werkzoekenden, door de zoektochten van de jong volwassenen in beeld te brengen;
  • helpt beleidsmakers en beslissers deze inzichten om te zetten in nieuwe beleidskaders en nieuwe instrumenten die aansluiten bij de behoeften van deze doelgroep.

Wat is het plan?

Wij geloven niet in grote oplossingen, maar in de kracht van het verbinden van vele kleine oplossingen. En daarom gaan we klein beginnen.

In de eerste fase gaan we aan de slag met enkele tientallen jong volwassenen en hen via twee relatief nieuwe onderzoekstechnieken – participatief theater en participatief narratief zelf-onderzoek — begeleiden om hun zoektocht naar het creëren van werk zelf actief vorm te geven. We willen hen dus op weg helpen met zoeken.

Wij geloven namelijk dat het in onze complexe maatschappij niet tot nauwelijks meer mogelijk is om top-down beleid te voeren dat werk schept (ontwerpen, besluiten, invoeren, uitvoeren), maar dat het noodzakelijk is om bottom-up (of van links of van rechts of van voor of van achter zo u wilt) de ruimte te krijgen om die ruimte te vullen met ideeën en constructies die nog niet bestaan (uitvinden, proberen, falen, opnieuw beginnen, doorgaan). Die ruimte willen we met hen opzoeken, hen die zelf laten ontdekken en hen laten vertellen over hun zoektocht, hun vallen en opstaan. Onze rol is vooral te zorgen dat ze in beweging komen en blijven. De output van deze eerste fase is:

  • Ongeveer 25-40 jong volwassenen die op zoek gaan;
  • Een tiental contouren van scènes die de zoektocht van de jong volwassenen uitdrukken;
  • Een “database” met ongeveer 1000 geduide verhalen (korte gedeelde ervaringen) over hun zoektocht die inzichtelijk wordt voor de sponsoren.

In de tweede fase willen we de jong volwassenen blijven faciliteren in hun zoektocht. Het “theater” maken blijft gewoon doorgaan, maar we willen de opgedane kennis van de groep ook doorontwikkelen tot een participatief theaterstuk dat opgevoerd worden voor een publiek van beleidsmakers, bestuurders en uitvoerders. Een uitvoering die anders is dan normaal theater omdat het publiek mag instappen, mag meedoen, misschien wel de regie moet nemen en zorgen voor een andere afloop.

In deze fase gaat het vertellen ook gewoon door en we denken dat we tegen het einde van ongeveer 1000 jong volwassenen hun ervaringen in de database kunnen hebben. Op een studiedag willen we de tweede fase afsluiten met het opvoeren van het theaterstuk en vele workshops waarin alle stakeholders de grenzen verleggen en nieuw beleid omarmen. De output van de tweede fase is dus:

  • Een participatief theaterstuk dat uitgevoerd wordt voor/met participerend publiek;
  • Een database mat de verhalen van 1000 zoektochten naar werkcreatie van jong volwassenen;
  • Een studiedag voor enkele honderden beleidsmakers, beslissers en uitvoerders vanuit gemeenten, het Rijk en ongeveer 100 jong volwassenen;
  • Basis-documentatie over de eerste twee fasen voor deelnemers, sponsoren en overheden.

In de derde fase willen we wat we in de eerste twee fase geleerd hebben opschalen en overdragen naar gemeenten en uitvoerings-organisaties. Het idee is om de zoektocht te starten moet in totaal 1000 jong volwassenen en in dat proces begeleiders op te leiden om de theater en narratieve onderzoekstechnieken zelf toe te passen. De output van de derde fase is:

  • Ongeveer 1000 jong volwassenen helpen we op zoek te gaan (hierin zit de maatschappelijke winst);
  • Ongeveer 100 facilitatoren die in het hele land de zoektochten kunnen begeleiden via participatief theater en narratieve onderzoekmethoden (het project is schaalbaar om het oplossend/zoekend vermogen in iedere gemeente van Nederland te steunen);
  • Uitgewerkte documentatie en tools voor heel Nederland zijn vrij beschikbaar op Internet (Creative Commons Licentie).

Wat houdt ons tegen?

Zoals te verwachten was is het antwoord tweeledig: enerzijds niets, want we zijn al begonnen met fase 1, maar die fase kunnen we helaas niet afmaken zonder additionele hulp en geld.

  • Voor fase 1 is daarom een crowdfundingactie gestart voor €10.000 waarmee we fase 1 kunnen afmaken. Er is ongeveer €3000 toegezegd en wellicht zijn er 7 bedrijven te vinden en/of 7 burgemeesters die ieder €1000 ter beschikking willen stellen?
  • Voor fase 2 hebben we een ander model in gedachten: door voorinschrijvingen voor de leerdag. Als 70 gemeenten, ministeries en of uitvoeringsorganisaties ieder 2 mensen inschrijven a €500, dan is de benodigde €70.000 snel beschikbaar.
  • Voor fase 3 is het benodigde budget nog niet vastgesteld. Het zal snel enkele honderdduizenden euros gaan kosten. De opbrengsten zullen echter al ras vele malen hoger zijn. Er hoeft immers maar één van de 1000 jong volwassenen een eigen werkplek te creëren en de maatschappelijke rendementen overstijgen de kosten. Daarom hebben we als richtsnoer dat gemeenten voor ongeveer €750 per jongere zoektochten kunnen kopen voor hun gemeenten en tegelijkertijd een jaar toegang krijgen tot de kennis en ervaring van de jong volwassenen en collega bestuurders, beleidsmakers en uitvoerders in heel Nederland.

Help mee de arbeidsmarkt van de toekomst uit te vinden

Helpt u mee om ons en jong volwassenen van de plek af te laten komen?

Wilt u ons steunen terwijl wij onderweg gaan zonder de eindbestemming precies te kennen?

Gelooft u ook dat het niet verstandig is om te blijven op de plek waar we nu als maatschappij staan?

Stop dan met het vinden van de oplossing en help mee om te gaan zoeken. Steun het ‘Wat werkt?’ project. Dan kan de champagne over enige tijd open bij heel veel jong volwassenen.

Wat levert het op voor u als sponsor?

Het Wat Werkt? initiatief kan alleen slagen als mensen uit allerlei geledingen betrokken zijn en bijdragen. Daarom geven we grotere sponsoren graag de mogelijkheid om mee te doen mee te helpen er een succes van te maken. Dat kan al vanaf €2500:

  • Bijdrage van 2.500 euro: Inzicht – U krijgt als eerste informatie over (tussen)resultaten (mei 2015) en krijgt het uiteindelijke eindrapport in hoofdlijnen (juli 2015). Daarnaast krijgt u twee vrijkaarten voor het Première evenement in april te Utrecht. Bij dit interactieve evenement worden – middels film en theater – de verhalen van jong volwassenen op de arbeidsmarkt op aantrekkelijke wijze gepresenteerd, en wordt er samen gewerkt aan concrete voorstellen (prototypen) voor de arbeidsmarkt.
  • Bijdrage van 5000 euro: Impact – U krijgt als eerste informatie over (tussen)resultaten (mei 2015) en krijgt het uiteindelijke eindrapport in hoofdlijnen (juli 2015). Daarnaast krijgt uw organisatie of afdeling een korte presentatie (mei / juni 2015) over het proces van ‘Wat werkt?’. Door het werken met participatieve methodes belichten we verschillende perspectieven en creëren we vanuit daar een prototype voor de toekomst. Vanuit praktijkverhalen van ‘Wat werkt?’ deelnemers – echte verhalen van echte mensen – demonstreren we het proces.
  • Bijdrage van 7500 euro: Implementatie – Als partner van het ‘Wat werkt?’ initiatief mag u zitting nemen in de klankbordgroep zodat u echt invloed heeft en krijgt u beschikking over het gehele eindrapport. Daarnaast krijgt u een workshop (mei / juni 2015) in het implementeren van de resultaten in lokale context. Burgers en beslissers participeren samen in het gezamenlijke proces. Het samenwerken – het bruggen bouwen tussen groepen met verschillende perspectieven – staat hierbij centraal. Vanuit hier wordt gewerkt naar een concreet prototype op lokaal niveau.

Natuurlijk is het ook mogelijk om bijv. als gemeente een lokaal Wat Werkt? project te starten. Neem contact op met Gertjan Verstoep of Harold van Garderen voor de mogelijkheden.